Met het rapport “Frituurspeciaalzaken en de coronacrises” presenteren we als vakvereniging ProFri de resultaten van het onderzoek dat we hielden onder houders van frituurspeciaalzaken naar de gevolgen van de ernstigste crisis die de horeca meemaakte, de crisis door het coronavirus covid-19. Van half maart tot en met eind mei van dit jaar gold een lockdown voor restaurants, cafés en de rest van de horeca. Frituurspeciaalzaken was het toegestaan onder strikte hygiëne- en contactvoorwaarden de buffetverkoop (afhaalbestellingen) en bereiding van bezorgmaaltijden voort te zetten.

 

Download onderzoeksrapport

 

Uit ons onderzoek blijkt dat cafetaria’s, snackbars en frituren een kleine maar sterke loot zijn aan de horecastam. Het CBS rapporteerde onlangs: “Een derde van de horeca verwacht maximaal vijf maanden te kunnen overleven in de huidige omstandigheden (de anderhalve-metereconomie).” Frituurondernemers zijn aanmerkelijk positiever. Hoewel veel ondernemers het moeilijk hebben, taxeren vrijwel alle deelnemers aan het onderzoek dat hun bedrijf zal overleven.

Het herstel in juni, de maand van versoepeling van coronaregels, toont dit ook aan. Ten opzichte van dezelfde maand vorig jaar, is het omzetverlies minder dan 20 procent. Tijdens de lockdownmaanden verloren frituurspeciaalzaken ruim 45 procent van hun omzet. De totale brancheschade (omzet 2020 versus 2019) wordt tot en met juni getaxeerd op bijna 182 miljoen euro. Dat doet pijn; er is alle reden om met enige zorg naar de nabije toekomst te kijken. Maar bij alle leed en omzetpijn, is ook de volgende constatering op zijn plaats: frituurspeciaalzaken vormen een veerkrachtig horecasegment.

Frans van Rooij, directeur vakvereniging ProFri