Nee, misschien is het nu niet jóuw probleem. Maar dat kan het wèl worden. Bijvoorbeeld als je wilt verhuizen met jouw cafetaria, snackbar of frituur. Of als je een tweede of derde zaak wilt openen. Overheden meten toenemend met ondoorgrondelijke maten als het gaat om de vestiging van nieuwe fastfoodbedrijven, frituurspeciaalzaken en andere eetzaken.

Frisie | de frituurvisie van Ubel Zuiderveld *

De redenen om nieuwe horecazaken tegen te houden lopen uiteen. Neem een recente kwestie in Bergen op Zoom. Een sushibezorger werd toegestaan, een nieuwe hippe frietzaak op hetzelfde adres is eerder afgewezen. Argument: “Er is veel leegstand in de binnenstad. We willen voorkomen dat er teveel horeca komt en kiezen dus alleen voor bedrijven met toegevoegde waarde.”

Leeuwarden

Nog gekker is een kwestie in Leeuwarden, die al weer wat langer geleden speelde. Een deel van de binnenstad is verboden gebied voor nieuwe snackbars en shoarmazaken. Een nieuwe vestiging van snackbar ‘t Hoekje mag dus niet. Vreemd genoeg kreeg een frietzaak die lokale bioaardappelen verwerkt wel groen licht. Argument dat de gemeente echter gebruikte: “De nieuwe frietzaak heeft geen zitplaatsen, is dus geen horeca en daarom mag het wel.” Tja.

Amsterdam

In het progressieve Amsterdam liggen tal van curieuze voorbeelden voor het oprapen. Five Guys werd een omgevingsvergunning geweigerd omdat er gemaksvoeding wordt verkocht. Zouden de ambtenaren en bestuurders weten dat vrijwel de hele horeca en foodretail dit inmiddels doen? Viswinkel The Seafood Shop had een paar statafels in de zaak waar mensen hun visgerecht kunnen oppeuzelen, een situatie die je bij tientallen viswinkels in ons land al heel wat decennia ziet. “Dadelijke consumptie, dus horeca, dus mag niet op die plek,” aldus de gemeente.

Ferdinand Bolstraat

Ronduit lachwekkend was een kwestie rond New York Pizza, die vier jaar geleden speelde en eveneens tot een gang naar de rechter leidde. “Het is fastfood,” oordeelde de gemeente Amsterdam. Daarom werd een nieuwe winkel aan de Ferdinand Bolstraat tegen gehouden, gesteund door de rechter. Op hetzelfde adres vestigde zich korte tijd later mèt goedkeuring wel een outlet van Dunkin’ Donuts, officieel als “een banketbakkerij, met een koffiehoek en een ijssalon”.

De gemeenten Amsterdam wil niet alleen de openbare ruimte ‘gezonder’ maken, maar hanteert daarnaast voor de centrumringen een stringent beleid tegen toeristische foodwinkels, zoals Nutella-shops en kaaswinkels. Bovendien pakt de gemeente dus consequent winkeliers aan die hun food- of non-food-bedrijf combineren met vormen van horeca ofwel consumptie ter plekke.

Venlo

Uit steeds meer gemeenten komen pleidooien voor soortgelijk beleid. Zo willen enkele raadsleden in Venlo dat foodtrucks en frituurwagens verdwijnen in een straal van een kilometer rond scholen. Sowieso pleiten meer artsen en wetenschappers ervoor om de openbare ruimte “minder obesogeen” te maken ofwel verleidingen weg te nemen die bij (kunnen) dragen aan overgewicht bij kinderen. Curieus is echter wel dat bij dit soort beleidsvoorstellen vaak kleine zelfstandigen het mikpunt zijn, maar je zelden iets hoort over grootverkopers als supermarkten.

Omgevingswet

De nieuwe (vooralsnog steeds uitgestelde) Omgevingswet zal er ongetwijfeld nog een schepje bovenop doen. Als die eenmaal is ingevoerd, hebben gemeenten meer bevoegdheden om zelf te bepalen wat wèl of niet gewenst is in bepaalde delen van hun territorium. Het wordt dus nog eenvoudiger om ‘ongewenste ontwikkelingen’ tegen te houden. Argumenten als ‘er is al een overaanbod’, ‘ongezond’, ‘te dichtbij een school’ of ‘vinden we geen aanwinst’ kunnen worden aangevoerd.

Bovendien gaan steeds meer gemeenten aan de slag met de lokale uitwerking van het Nationaal Preventieakkoord, waarin wordt gefocust op het (verder) terugdringen van roken, overmatig alcoholgebruik en problematisch overgewicht. An sich nobele doelstellingen, maar opnieuw ongetwijfeld een bron van willekeurige besluiten.

Vestigingsbeleid géén willekeur

In een klein, compact en verstedelijkt land als Nederland mag vestigingsbeleid geen willekeur worden met een lappendeken aan plaatselijke regeltjes en beslissingen op basis van meningen en vooroordelen. Veelzeggend is in dit verband dat in twee recente, zwaarwegende adviesrapporten over ‘gezonde voeding’ een onderbouwing met cijfers en feiten volledig onderbreekt. Zonder degelijke verantwoording worden in de twee rapporten van gezaghebbende adviesorganen bepaalde types eetzaken aangemerkt als ongewenst. Staatssecretaris van volksgezondheid Paul Blokhuis citeert in de media klakkeloos uit deze ongefundeerde adviesstukken.

Desondanks is een vestigingsbeleid wèl gebaat bij landelijke regels en richtlijnen. Om te voorkomen dat dit de toekomst wordt: een nóg grotere willekeur aan lokale regeltjes, die overal weer anders kunnen uitpakken.

In elk geval vooralsnog deze goede raad: als je nog plannen hebt om in jouw dorp of stad uit te breiden of een nieuwe vestiging te openen, houd dan jouw gemeente goed in de gaten!

* Ubel Zuiderveld is redacteur van Frituurwereld. Hij volgt sinds 1991 de horeca en foodservice als vakjournalist op de voet. Zuiderveld publiceert boeken over de sector en was hoofdredacteur van verschillende vakbladen.