);
Vakvereniging ProFri houdt op maandag 16 juni een ledendag. Naast de ledenvergadering, staan presentaties op het programma van onder anderen Erik Ziengs (voorzitter Ondernemend Nederland). Verder: een talkshow over de elektrische avonturen van drie collega’s en een update van cijfers en trends in de frituurbranche.
ProFri houdt de ledendag bij partner Ducate in Woerden. Rond de lunchtijd krijgen aanwezigen een rondleiding door het bedrijf, dat onder meer ovenmerken als Florigo, De Kuiper en Hegro onder zijn hoede heeft.
“Wij zijn ProFri”
In het ochtendprogramma worden verenigingszaken behandeld. Het gaat hierbij onder meer om de verzelfstandiging van ProFri, zodat de vakvereniging helemaal los komt te staan van het Nederlands Frituurcentrum (NFC).
Directeur Ubel Zuiderveld houdt een korte presentatie over cijfers en trends in de cafetariabranche. Verder presenteert hij de nieuw pay-off van de vereniging: “Passie. Vakmanschap. Frituren. Wij zijn ProFri.” Voorzitter Erik Ziengs van Ondernemend Nederland (ONL), de lobbypartner van ProFri, vertelt waar politiek Den Haag mee bezig is op ondernemersgebied.
Talkshow go electric
In het middagprogramma delen drie frituurondernemers hun elektrische frituur-verhalen met de aanwezigen. In deze energie-talkshow komen Tom Dekker van FrieteRia in Dronten, Hans Boumans van ’t Smulhuis in Brunssum en Peter Vos van ’t Vosje in Rosmalen aan het woord over hun ervaringen. Verder komt COMCAM vertellen over de verwachtingen op de energiemarkt.
Ontvangst vanaf 09.45 uur ’s ochtends, eindtijd circa half vier ’s middags. De ledenvergadering is alleen toegankelijk voor leden en partners van vakvereniging ProFri.
Jouw vakvereniging sloeg de afgelopen tijd flink op de trom. Zo werd ProFri bestormd door media, nadat Het Financieel Dagblad een artikel publiceerde over de dalende trend van het aantal frituurzaken. Ook roerde ProFri zich, omdat het gemeentebestuur van Almere frituren officieel wilde bombarderen tot ongezond voedsel.
4 recente ProFri-nieuwtjes
1. Nieuwe pay-off voor ProFri
Tijdens de ledenvergadering op maandag 16 juni aanstaande presenteert ProFri zijn nieuwe pay-off. We lopen hiermee vooruit op een opfrisser van onze uitstraling. Het logo vernieuwden we al eerder, eind 2025 volgt ook de website. De ProFri-slogan moet uitdrukking geven aan passie, vakmanschap en gezamenlijkheid. Dit is de nieuwe pay-off: “Passie. Vakmanschap. Frituren. Wij zijn ProFri.”
2. Bestormd door de media
Eind april publiceerde Het Financieel Dagblad (FD) een uitgebreid artikel over de dalende tendens van het aantal cafetaria’s, snackbars en andere patat-friet speciaalzaken. Het aantal bedrijven daalt al sinds 1995 héél gestaag. Sinds corona en inflatie is een versnelling opgetreden. Het FD-artikel leidde tot een hausse aan aandacht in andere media, zoals EditieNL, De Telegraaf, Nieuws van de Dag en Een Vandaag.
3. Frituurverbod in Almere?
Het college van Almere lanceerde specifiek voor frituurkramen een apart beleid. Burgemeester en wethouders stelden de bereidingsmethode ‘frituren’ één op één gelijk met ongezond voedsel dat aangepakt moet worden, overigens zonder een deugdelijke onderbouwing. ProFri sprong in de bres, mede omdat wij vrezen dat meer gemeenten een voorbeeld aan Almere zouden kunnen nemen. We dienden een uitgebreide zienswijze in. Directeur Ubel Zuiderveld sprak de gemeenteraad toe. Eerder deze maand keerde een duidelijke raadsmeerderheid zich tégen het voorgenomen frituurverbod. Wordt vervolgd.
4. Afhankelijkheid van bestelplatfoms
Op verschillende manieren houdt ProFri de vinger aan de pols van de leidende bestelplatforms voor deliverymaaltijden. Zo pleitte ProFri bij waakhond ACM voor méér transparantie en duidelijker regels voor eerlijke handelspraktijken. De afhankelijkheid van de grootste platforms is enorm geworden. Met vakplatform Frituurwereld riep ProFri op tot deelname aan een universitair onderzoek. Dat moet meer zicht geven op de dominantie van Thuisbezorgd.nl en Uber Eats.
Sinds 1 april dragen zowel werkgevers als werknemers in de horeca een nieuwe premie af. Het gaat in beide gevallen om 0,1 procent van de loonsom. Het geld vloeit naar het zogenaamde Horeca Ontwikkel Platform ofwel HOP. Het is een uitvloeisel van afspraken in de nieuwe horeca-cao.
Onder meer bij vakvereniging ProFri kwamen al verschillende reacties van ondernemers binnen. Ze troffen de verplichte nieuwe afdracht aan op de loonspecificatie. Onduidelijk is voor ondernemers waarvoor de nieuwe premie is bestemd. De HOP-afdracht is bedoeld voor het stimuleren van persoonlijke ontwikkeling in de horeca en verbetering van het imago.
“Op zich waardevol”
ProFri, maar ook andere horecaorganisaties, zaten niet aan tafel bij de cao-onderhandelingen. Afspraken over de HOP-premies zijn primair tot stand gekomen door gesprekken tussen Koninklijke Horeca Nederland en de horecabonden. ProFri-adviseur Frans van Rooij stelt in een notitie van de vakvereniging dat sprake is van ‘op zichzelf waardevolle doelstellingen’.
Eigen kennisplatform
Hij wijst er echter op dat ProFri en het Nederlands Frituurcentrum al jarenlang intensief investeren in precies de thema’s (imago en persoonlijke ontwikkeling) van het HOP. Van Rooij verwijst onder meer naar de keurmerken in de frituurbranche en vakinhoudelijke e-learnings waarmee medewerkers en ondernemers thuis aan de slag kunnen. Ze zijn onderdeel van het HOP-achtige platform Werkenaankennisenvakmanschap.nl.
Bespreking HOP-notitie
ProFri verwacht dat het niet bij de huidige premie blijft. “Die zal de komende jaren naar verwachting stijgen, omdat al snel zal blijken dat de beschikbare middelen onvoldoende zullen zijn om de ambities te kunnen realiseren,” aldus de notitie, die door de vakvereniging nog intern moet worden besproken.
Onderzoek zoekt antwoorden van ondernemers
Wat beweegt ondernemers om (gedeeltelijk) afscheid te nemen van maaltijdbezorgplatforms zoals Thuisbezorgd of Uber Eats? En wat levert dat eigenlijk op? Die vragen onderzoekt Coen de Kruijf, masterstudent Business Administration – Digital Business aan de Universiteit van Amsterdam.
Zijn afstudeeronderzoek richt zich op de digitale strategie van eetgelegenheden in relatie tot platformen die veel macht uitoefenen op de markt. De centrale vraag: waarom kiezen sommige ondernemers voor zogeheten disintermediatie – het bewust (deels) loslaten van tussenpartijen?
Waarom meedoen aan dit onderzoek?
Deelname aan de vragenlijst kost ongeveer 5 minuten en is volledig anoniem. Alle gegevens worden strikt vertrouwelijk behandeld. Ondernemers die meedoen kunnen na afloop (optioneel) een samenvatting van het onderzoek ontvangen met relevante inzichten voor hun bedrijfsvoering. Uiteraard zal de redactie van Frituurwereld uitgebreid verslag doen van de resultaten van dit onderzoek.
Contact en dank
Heeft u vragen? Neem dan contact op via coen.de.kruijf@student.uva.nl.
Namens Coen: hartelijk dank voor uw bijdrage aan dit waardevolle onderzoek!
Doe mee via deze link:
Klik hier om de vragenlijst in te vullen
“Zoiets koddigs als het frituurverbod in Almere, zien we bij ProFri al heel lang aankomen. Iedereen die eten verkoopt, moet zijn gemeente goed in de gaten houden. Het is niet uitgesloten dat een wildgroei ontstaat aan lokale eetregels. Onder het mom van gezondheidsbeleid.”
Dat zegt Ubel Zuiderveld. Drie vragen aan de directeur van vakvereniging ProFri.
1. Wanneer zag je dit voor het eerst?
Zuiderveld: “Ik kan mij een ridicuul voorstel herinneren van de PvdA in Amsterdam. Dat was rond 2012, de tijd dat ProFri net bestond. De PvdA stelde voor om snackbars rond scholen tussen de middag te sluiten. Zodat scholieren er niet terecht kunnen. Hoogst curieus. Iedereen weet dat scholieren in pauzes niet naar de horeca gaan, maar vooral naar supermarkten. In elk geval sloeg mij toen de schrik om het hart.”
“Een politieke partij die zoiets doet, misbruikt hardwerkende ondernemers met een paar ton omzet om mooie sier te maken met zogenaamd gezondheidsbeleid. Ook het Voedingscentrum speelt met zijn eetomgeving-adviseurs een rol. De beschuldigende vinger wijst vaak richting voeding die op straat het meest zichtbaar is. Terwijl dat maar een betrekkelijk klein deel van het verhaal is.”
2. Zijn de snackbars de pineut?
Zuiderveld: “Het is altijd makkelijk om de boodschappers, de media, de schuld te geven. Maar van een zekere demonisering van friet en snacks is zeker sprake. Journalisten gebruiken beelden van friet en snacks gretig om verhalen over overgewicht te illustreren. Terwijl het aandeel van onze branche in de totale voeding zoals gezegd verwaarloosbaar is. Trouwens, zelfs het Voedingscentrum stelt dat er niks mis is met een frietje of patatje.”
“Erger vind ik dat de eenzijdige beeldvorming zelfs doordrong tot officiële adviesrapporten van organisaties als de Raad voor Volksgezondheid en Samenleving en de RIVM. In hun stukken geven ze blijk van weinig kennis van de Nederlandse voedselmarkt.”
“Ze weten volgens mij nauwelijks waar Nederlanders hun kilocalorieën kopen. De overheid baseert zich op zulke rapporten. Het absolute dieptepunt was een staatssecretaris die in een talkshow grimmig zegt dat hij alle snackbars, hij zei trouwens snackbarren, in de buurt van scholen gaat sluiten.”
3. Maar we zijn toch te dik?
Zuiderveld: “Overgewicht is een ingewikkeld probleem. Dat los je niet op met de sluiting van wat snackbars. Of door wat producten uit de schappen van supermarkten te schrappen. Vaak spelen er sociale en maatschappelijke problemen een rol. Zo hebben mensen die gebrek hebben gekend, volgens onderzoek de sterke neiging tot overeten. En gemeenten die nu zo hard roepen, hebben zelf vaak boter op hun hoofd. Hun omgeving is, mede door bezuinigingen, steeds minder gericht op sport en beweging.”
“De oplossing ligt vooral in bewustwording. Jongeren kun je met hippe lokale apps beter bewust maken wat ze aan kilocalorieën in hun mond stoppen. Nu geven we vooral de voeding zèlf de schuld. Dat is de verkeerde weg. Verhalen over voeding gaan alleen nog over gezondheid en duurzaamheid. Nauwelijks meer over smaak, google maar eens. Ik onderschrijf vooral de stelling van emeritus-hoogleraar Tiny van Boekel: ongezonde voeding bestaat niet, een ongezond leefpatroon wel.”