);
Transvet is de grote boosdoener. Niet de natuurlijk verzadigde en onverzadigde vetten,
Misvatting:
In friet zit veel transvet. Dit is niet juist. Of beter gezegd, is niet meer juist. Uit onderzoek is gebleken dat in een goed gefrituurd frietje tegenwoordig minder dan 0,1% transvetzuur zit. Het frietje is dan natuurlijk wel professioneel gebakken in zuivere frituurolie of een kwalitatief hoogwaardig frituurvet, wat frequent wordt ververst.
... "Goed gefrituurd, da's lekker genieten!
ProFri wil door middel van het bevorderen en uitdragen van vakmanschap en vakkennis haar leden helpen bij het maken van de juiste keuzes voor de toekomst. ProFri wil niet alleen het vak in een positief daglicht plaatsen, maar ook de consument laten zien dat onze producten, bij gebruik van kwaliteitssnacks die professioneel bereid zijn, prima kunnen passen in een gevarieerd voedingspatroon.
"Van vet word je dik" is nog steeds een wijdverspreid misverstand. Van vetten eten hoef je niet dik te worden, mits je er niet meer van eet dan dat je nodig hebt: mensen worden vooral dik als gevolg van te weinig lichamelijk inspanning en/of te veel consumeren.
"Er zitten veel ongezonde transvetzuren in friet en gefrituurde snacks" is eveneens een misvatting. Transvetzuren kunnen worden gevormd door het gedeeltelijk harden van onverzadigde vetten zoals bijvoorbeeld zonnebloemolie, sojaolie, maïsolie en pindaolie. Voor het maken van magarines en vaste vetten werden in het verleden vaak vloeibare plantaardige oliën gebruikt. Om deze oliën beter geschikt te maken voor verhitting werden ze vaak gedeeltelijk gehard (hydrogenatie). Als gevolg van dit proces veranderden de onverzadigde vetzuren in transvetzuren. Op basis van wetenschappelijk onderzoek is sinds de jaren 90 duidelijk geworden dat transvetzuren in de voeding een ongunstig effect hebben op het cholesterolgehalte van het bloed. Zo verlagen ze aan de ene kant het HDL-cholesterol ('goede' cholesterol) en tevens veroorzaken ze een verhoging van het LDL-cholesterol ('slechte' cholesterol). Deze kennis heeft geleid ertoe geleid dat de voedingsmiddelenindustrie zich heeft ingespannen om deze ongezonde transvetzuren zo snel mogelijk te verwijderen uit de producten waar dat mogelijk is door het productieproces aan te passen. Vandaag de dag bevatten de betere frituurvetten (vast of vloeibaar) nog nauwelijks transvetzuren. Waardoor een professioneel gefrituurd portie friet nog maar minder dan 0,1% transvetzuur bevat.
De V.S. en Westelijke overheden vertellen ons dat onverzadigde vetten goed zijn en verzadigde vetten slecht. Dit is een zwart-wit verhaal. Dat onverzadigde vetten plantaardig zijn en verzadigde vetten zo goed als allemaal dierlijk, is iets te eenvoudig samengevat en enige nuancering is dan ook op zijn plaats.
Aangezien ons lichaam zelf verzadigde vetzuren aanmaakt, kan niet gesteld worden dat verzadigde vetten alleen maar slecht zijn. Zo zitten er ook natuurlijke verzadigde vetten in vlees, vis en gevolgelte of in producten afkomstig van dieren zoals eieren, kaas en zuivel. Het gaat om de balans: dus we moeten gevariëerd en er niet teveel van eten. De afgelopen jaren is het steeds meer duidelijk geworden dat verlaging van verzadigde vetzuren zin heeft als ze vervangen worden door onverzadigde vetzuren. want het lichaam heeft vetzuren nodig. Simpel vervangen van verzadigde vetzuren door bijvoorbeeld suikers heeft weinig zin voor je gezondheid.
De meest recente innamegegevens laten zien dat we in Nederland nog steeds teveel verzadigde vetten eten, terwijl de inname van totaal vet voldoet aan de aanbevelingen. De belangrijkste bronnen van verzadigd vet in Nederlands zijn zuivel(producten), vlees(waren) en oliën en vetten. Binnen deze laatste categorie behoren ook de frituurvetten en ook al is die bijdrage erg klein, hier liggen mogelijkheden voor de snackindustrie/frituurbedrijven om een zo gebalanceerd mogelijk product af leveren.
ProFri wil samen met haar leden de focus leggen op "Goed gefrituurd, da's lekker genieten!", met de nadruk op "goed gefrituurd". De definitie "goed gefrituurd" gaan we als vakvereniging op basis van vakmanschap, bestaande (vak)kennis en nader onderzoek met elkaar bepalen en vervolgens opnemen in de derde pijler van het keurmerk van ProFri: Vakmanschap, Veiligheid en Verantwoordelijkheid.
Wanneer consumenten bewuster worden van de feiten over vetten, dan zullen zij de fabels hierover kunnen onderscheiden, zodat zij beseffen dat zij bij goede frituurbedrijven ook op regelmatige basis verantwoord kunnen genieten van hun friet, kroketten en andere lekkernijen.
Aangezien het in onze bedrijven hoofdzakelijk draait om de verkoop van gefrituurde producten, gaan we met niemand de discussie rondom de manier van frituren uit de weg. Met de kennis van nu blijkt het een en ander rondom het gebruik van onverzadigde en verzadigde vetten genuanceerder te liggen.
Vloeibare frituurvetten en oliën hebben niet alleen met onverzadigde vetzuren te maken en vaste frituurvetten niet alleen met verzadigde vetzuren. Het is dus geen kwestie van goed of slecht! Bij een professionele bedrijfsvoering is frituren nooit onverantwoord! Bovendien bevatten, mede dankzij de campagne "Verantwoord Frituren", kwalitatieve vaste frituurvetten nog maar nauwelijks schadelijke transvetzuren.
Frituren is een eeuwenoude bereidingstechniek. Het zorgt er voor dat de producten aan de buitenkant bijzonder snel dichtschroeien waardoor een krokant laagje ontstaat. Het frituren voegt tevens een fijne smaak toe. Omdat het op hoge temperaturen gebeurt moet je wel een paar dingen goed in de gaten houden, zoals verhittingstemperatuur, bereidingstijd en op tijd verversen. Kortom: Goed frituren vraagt vakmanschap. Natuurlijk moet je gefrituurde producten niet iedere dag eten, maar dat geldt voor alles wat lekker is! Maar vergeet ook niet: vetten heb je nodig! Als brandstof en voor de vitamines.
Hoogste tijd dus dat we met elkaar de focus gaan verleggen naar:
"Goed gefrituurd, da's lekker genieten!"
De slogan van vakvereniging ProFri sinds haar oprichting.
ProFri heeft daarom gekozen de vereniging open te stellen voor iedere friturende ondernemer die het vakmanschap in een hoog vaandel heeft staan en op basis van vakkennis zijn/haar eigen keuzes maakt. Dus wij stellen anders dan de organisatoren van de campagne Verantwoord Frituren niet als voorwaarden dat je vloeibaar frituurvet of een plantaardige frituurolie moet gebruiken. Ook met vaste frituurvetten of een combinatie van vast en vloeibaar kun je goed én verantwoord frituren. Het frituren op de juiste temperatuur en het tijdig verversen van de frituurolie of het vet is van veel groter belang voor de gezondheid van de consument.
Meer weten? Neem contact op met het Nederlands Frituurcentrum:
info@frituurcentrum.nl | 040-7200900