Opnieuw krijgen horecabedrijven die door de lockdowns zijn getroffen, auteursrechterlijke gelden terug.

Ondernemersorganisaties VNO-NCW en MKB Nederland hebben hierover vorige week afspraken gemaakt met Videma, Sena en Buma. Hoewel de precieze uitwerking van de overeenkomst nog niet duidelijk is, krijgen ook leden van ProFri die hun afdrachten collectief hebben geregeld geld terug.

De tekst van de overeenkomst luidt als volgt: “In verplicht gesloten sectoren met commercieel publiekstoegankelijke ruimten vindt 100 procent compensatie van de licentievergoeding plaats over de door de Rijksoverheid verplicht gesloten periode als gevolg van Covid-19.”

“Indien er sectoren zijn die op grond van de verplicht gesloten periode 15 december tot en met 31 december 2020 nog niet gecompenseerd zijn door Buma en Sena, zal een aanvullende compensatie door Buma en Sena worden meegenomen in de afhandeling van de compensatie over de verplicht gesloten periode 2021.”

De overeenkomst van 100 procent restitutie geldt ook voor het gebruik van muziek en TV-beelden in de horeca- en fitnessgedeelten van hotels, zwembaden, recreatiebedrijven, tuincentra en overige detailhandel.

Namens haar leden in de cafetariasector, had vakvereniging ProFri net als vorig jaar, eerder dit jaar de compensatie al geregeld met Buma, Sena en Videma. ProFri laat weten: “Zodra we definitief weten over welke periode de compensatie gaat gelden, maken we de creditfacturen op en betalen we de bedragen vervolgens zo snel mogelijk terug aan de leden.”

ProFri heeft een rol in deze terugbetaling, omdat veel leden hun auteursrechtelijke vergoeding via een collectieve overeenkomst bij de vakvereniging hebben geregeld. Zij krijgen hiermee een collectieve korting van ettelijke tientallen procenten, waarmee leden hun ProFri-bijdrage vaak al royaal terugverdienen. ProFri-leden die hun auteursrechtelijke afdrachten tijdig aan de vereniging hebben betaald, krijgen automatisch bericht over de terugbetalingen.